De Vedische Sanatan Dharm was in de loop der eeuwen vervallen in verkeerde interpretaties van Mantra’s uit de Veda’s. Swāmī Dayānanda heeft getracht om de verkeerde interpretaties te herstellen. Het hindoeïsme, wat door de duizenden jaren heen voorzien was van velerlei rituelen en gebruiken, week te veel af van de leer van de Veda’s. Swāmī Dayānanda trachtte het terug te brengen naar de essentie. Om dit te bereiken heeft hij de vereniging “Arya Samaj, een vereniging van nobelen”opgericht”. De leefwijze (dharm) van de Arya Samaj is gebaseerd op de eeuwenoude Veda’s. De Veda’s heeft een monotheïstische visie op Permaatma (God).De Ārya Samāj is een geen afsplitsing van de Sanatan Dharma maar probeert juist terug te gaan naar de oorspronkelijke leefwijze van de Veda’s. Back to the Veda’s. Swāmī Dayānanda en alle wetenschappers accepteren dat de 4 Veda’s onfeilbare universele filosofische hymnen zijn. De filosofie uit de Veda’s verschilt veel met de huidige Sanātana Dharma zoals het geloof in avatara’s, voorouderverering, beeldenverering, pelgrimages, geen gelijke rechten voor vrouwen en weduwen, en het offeren in tempels.

In 1875 is Arya samaj in Mumbay (Bombay) opgericht. In de loop der tijd kreeg de beweging ook afdelingen buiten India. De Ārya Samāj was aan het einde van de 19e eeuw een van de organisaties die zich al vroeg aansloot bij de onafhankelijkheidsbeweging van India. Daardoor werd de beweging door de Britten vervolgd en na de aanslag op de Britse onderkoning van India in 1910 werd een aantal leiders uit India verbannen.

De Vedische missionaris Bhai Parmānand bracht in 1911 de Ārya Samāj vanuit India naar Brits-Guyana. Vandaar uit verspreidde het gedachtegoed van deze beweging zich naar Trinidad en Suriname. In de jaren twintig van de 20e eeuw werden in Suriname de eerste verenigingen van de Ārya Samāj opgericht en in 1929 kwam het zelfs tot een overkoepelende organisatie, Arya Dewaker geheten.Hoewel er in de jaren dertig van de 20e eeuw ernstige conflicten waren in de Surinaamse Ārya Samãj, waardoor in 1935 de Arya Pratinidhi Sabha Suriname werd opgericht, kreeg de stroming onder de Hindoestanen in de Caraïben een grote aanhang, zeker in vergelijking met India. Zowel in Brits-Guyana als in Suriname sloot bijna 20 procent van de hindoes zich bij deze beweging aan. Ook in Trinidad was de aanhang groot, maar is deze door interne conflicten binnen de Ārya Samāj in later tijd sterk verminderd.

Arya Dewakertempel in ParamariboOfschoon er nog andere organisaties zijn binnen de Surinaamse Ārya Samāj, is Arya Dewaker op dit moment de belangrijkste. Aan het begin van de 21ste eeuw liet de vereniging op haar vaste locatie aan de Johan Pengelstraat (voorheen: Wanicastraat) in Paramaribo een prachtige nieuwe tempel bouwen, die op 1 februari 2001 officieel in gebruik genomen werd

Vanaf 1974 kwam een grote groep Surinaamse Hindoestanen naar Nederland, de meesten aanhangers van een vorm van het Hindoeïsme. Momenteel zijn er ongeveer tussen de 100.000 en 160.000 hindoes woonachtig in Nederland. Dit aantal verschilt per bron. Hiervan behoort ongeveer 15 procent tot de Ārya Samāj. De rest behoort tot de Sanatan Dharm.

In 1987 werd in Nederland een overkoepelende organisatie opgericht, de Federatie Arya Samaj Nederland (FAS-NED). Uit onvrede over het beleid van FAS-NED stichtte een groep Ārya Samājī’s in juni 2007 een nieuwe landelijke organisatie voor Ārya-Samājorganisaties op, de stichting PRASNE (Prathinidhi Arya Sabha Nederland).

PRASNE representeert momenteel 15 organisaties, verspreid over heel Nederland. Het aantal Ārya-Samājorganisaties in Nederland ligt op ongeveer 30 inclusief de non actieve organisaties. PRASNE hanteert de Vedisch beleid van democratie, kritiek en ethiek en streeft ernaar om de Ārya Samāj te promoten binnen zowel de Hindoestaanse als niet-Hindoestaanse gemeenschap op nationaal en internationaal niveau, via de eigen website, lezingen, congressen, publicaties en samenwerkingsverbanden met gelijkgestemde organisaties, inclusief de FAS-NED.

Onze doelstellingen

De komende tijd richt PRASNE zich op activiteiten om zowel extern als intern te groeien.Extern willen wij ons bezighouden met de Multiculturele samenleving: activiteiten die de integratie bevorderen hebben onze aandacht en dan bij voorkeur in samenwerking met organisaties die zich eveneens bezighouden met integratie en de toekomst van ons Multiculturele Nederland. Daarnaast willen wij activiteiten opzetten die gericht zijn op de Hindoestaanse gemeenschap en in het bijzonder de Hindoe-identiteit: met name jongeren hebben hierin onze aandacht. Tot slotschuwen wij “Taboe’s” niet en willen pijnlijke vraagstukken bespreekbaar maken middels Lezingen, Congressen en Symposia.

PRASNE is de Federatie voor Arya Samaj-organisaties in Nederland. De Arya Samaj is een hervormingsbeweging binnen het Hindoeïsme die opkomt voor de sociaal-zwakkeren, onrecht in elke vorm bestrijdt, gelijke rechten bepleit voor mannen en vrouwen, beeldenverering verwerpt en eveneens het Kastenstelsel afwijst en terug wil gaan naar de oorspronkelijke religieuze teksten van het Hindoeïsme: de Veda’s. Het Hindoeïsme in zijn zuivere vorm. De Arya Samaj is door Swami Dayanand Saraswati opgericht in 1875 te Bombay, India als Sociaal-maatschappelijke organisatie, waarbij religie vooral als “bindmiddel” gehanteerd is. Een kwart van de Hindoestanen in zowel Nederland als Suriname behoort tot de ARYA SAMAJ

De operationele doelstellingen van PRASNE zijn:
  1. Het adviseren, ondersteunen en begeleiden van haar lidorganisaties.

  2. Deskundigheidsbevordering van de plaatselijke besturen, pandits en vrijwilligers.

  3. Stimuleren van plaatselijke samenwerking tussen arya samaj organisaties en niet-arya samaj organisaties.

  4. Vedische literatuur ontwiikkeling in het Nederlands voor jongeren en Nederlandstalligen.

  5. Ontwikkelen en uitgeven van communicatie middelen zoals een kwartaalblad.

  6. Optreden als belangenbehartiger bij zowel de lokale als de nationale overheid.

  7. PRASNE wil in samenwerking met arya samaj en niet-arya samaj organisaties maatschappelijke problemen aanpakken voor ouderen, jongeren en ouders.

  8. Verder blijven de statutaire doelen onverwijld van kracht.

het Bestuur

Mataw Inder

Voorzitter

Oedairam Henk

Tweede Voorzitter

Pandit Rewti Bhasker

Secretaris

Ganpat Radjinder

Penningmeester

Dewkalie Laxmie

Adviseur

Pandit Biseswar

Tweede penningmeester

Gena Radjinder

Voorzitter Beleid

Sital Surinder

Secretaris Beleid

Pandit Jaipal Wim

Lid

Missie

Bij de oprichting van de ARYA Samaj op 10 april 1875 te Bombay heeftSwami Dayanand Sarawati de missie aangegeven:” Back to the Veda’s”.In concreto betekent dit het bestuderen van de Veda’s, ernaar gedragenen deze kennis ook uitdragen.Voor de toepassing in de praktijk zijn de 10 grondbeginselen van de Arya Samaj geformuleerd.

Deze zijn:
  1. Ishwar ( Het Allerhoogste – Onpersoonlijke God) is de oorzaak van alle ware kennis en van de zaken die hiervoor gekend worden;

  2. Het Opperwezen is Waar, Intelligent, Heilig, Gelukkig, Almachtig, Rechtvaardig, Barmhartig, zonder gelijke. HIJ is de Onderhouder van het heelal, de Albeheerser, de Aldoordringer, Alwetend, Zonder vrees, HIJ is zonder begin, Ongeboren, Oneindig, Onvergankelijk, eeuwig, Onverouderbaar, Onsterfelijk, en Onlichamelijk, Hij is de maker van het heelal. Slechts hem komt aanbidding toe;

  3. De Veda’s zijn de boeken der Ware kennis. Het is de voornaamster plicht van de Ariers om ze te lezen, te onderwijzen, te horen en voor te dragen;

  4. Ieder zal steeds bereid zijn de waarheid aan te nemen en onwaarheid te verwerpen;

  5. Alle daden dienen deugdzaam te zijn d.w.z. zij moeten gesteld worden na de overweging of zij al dan niet toelaatbaar zijn;

  6. Het hoofddoel van de Arya Samaj is het welzijn der wereld d.i. bevordering van aller lichamelijke, geestelijke en sociale belangen;

  7. Ieder zal overeenkomstig zijn verdiensten met liefde en rechtvaardigheid behandeld worden;

  8. Onwetendheid moet worden overwonnen door kennisvergadering;

  9. Niemand zal tevrden zijn met het eigen welzijn maar een ieder dient deze te beschouwen als ondergeschikt aan het algemeen belang;

  10. Allen dienen zich te onderwerpen aan de wetten, die heilzaam zijn voor de ganse gemeenschap. In persoonlijke aangelegenheden mag echter naar goedvinden gehandeld worden.

Visie

Hoewel Hindoestanen op diverse maatschappelijke terreinen een goede positie hebben verworven, is de weg om maatschappelijk verankerd te raken in diverse geledingen van de samenleving nog steeds niet voltooid. De weg van emancipatie, participatie en integratie naar een volwaardige burgerschap is nog niet voltooid. Daarnaast worden de problemen op het gebied van zorgtaken, echtscheidingen, generatiekloof, gezondheidsproblematiek, jongerenkwesties en armoede onder de Hindoestanen veel zichtbaarder.

Er zijn vele belemmeringen, zoals de toenemende onverdraagzaamheid in de samenleving, de moeilijk toegankelijke instituties en de toenemende spanning tussen diverse groepen. Op de vragen welke rol de eigen instituties met betrekking tot emancipatie, integratie en participatie onder de Surinaamse Hindoes in Nederland spelen en hoe deze etnische instituties zich tot de sociale cohesie verhouden, zijn geen eenduidige antwoorden mogelijk. Op deze processen zijn diverse factoren van invloed, zoals sociaal economische en politieke ontwikkelingen aan de kant van de omringende samenleving. De Nederlandse samenleving zou bovendien Hindoes of andere minderheidsgroepen onder bepaalde omstandigheden meer of minder als aparte groep kunnen beschouwen. Ook Hindoes zouden zichzelf meer dan voorheen als groep kunnen gaan manifesteren. In Nederland zijn tal van maatschappelijke organisaties actief, voornamelijk op sociaal-cultureel en/of religieus gebied.Op het gebied van belangenbehartiging en zich in willen zetten om specifieke infrastructuur en voorzieningen te ontwikkelen, is er slechts een handvol organisaties die zich min of meer manifesteren. Gezien de maatschappelijke ontwikkelingen, integratievraagstukken en sociale problemen, hebben Hindoestaanse kaderleden van Arya Samaj-huize de krachten gebundeld en een nieuwe landelijke organisatie opgericht met specifieke kerntaken. Wat de specifieke kerntaken en activiteiten van de nieuwe organisatie zijn, de organisatiestructuur en op welke wijze de organisatie denkt aan middelen te komen om deze te realiseren, hierop komen wij later in het beleidsplan terug.

Exacte cijfers over het aantal Surinaamse Hindoes in Nederland ontbreken. In de statistieken worden zij niet afzonderlijk geregistreerd. Ze vallen onder de groep van circa 330.000 Surinamers (CBS 2001). Het aantal Surinaamse Hindoes in Nederland wordt geschat op ruim 160.000. Hiervan woont ca. 2/3 (66%) in de Randstad. Van deze 160.000 Hindoes is ruim 1/3 (ca. 35 %) van Arya-Samaj-huize.Producten

Beloningsbeleid

PRASNE IS EEN LANDELIJKE ORGANISATIE VAN VRIJWILLIGERS EN BESCHIKT NIET OVER EEN UITVOERINGSINSTRUMENTARIUM ZOALS PERSONEEL EN EEN KANTOOR.

PRASNE is een rechtspersoon met ideële maatschappelijke doelstellingen, die niet uitvoerbaar zijn zonder vrijwilligers. De doelstellingen behelzen het algemeen welzijn van de gehele samenleving als mede het welzijn van de Hindoe gemeenschap en de Arya Samaj in het bijzonder. De werkzaamheden/activiteiten die bijdragen aan de verwezenlijking van de doelstellingen worden geheel vrijwillig gedaan door vrijwilligers in welke hoedanigheid dan ook. De bereidheid om vrijwilligerswerkzaamheden te verrichten is enerzijds ingegeven door de Vedische opdracht die zij aanvaarden n.l. zich optimaal inzetten voor het welzijn van de samenleving waar zij ook deel van uitmaken. Deze laatste sluit heel goed aan bij de actualiteit van deze samenleving door het steeds verder terugtredende overheid van de samenleving en de burger steeds meer verantwoordelijkheid te geven. De bijdragen van de vrijwilligers bestaan uit het beschikbaar stellen van TIJD en DESKUNDIGHEID. Voor deze inzet moeten ook de (gunstige) voorwaarden geschapen worden. Het komt vaak voor dat zij directe kleine kosten zelf betalen waarvan geen melding wordt gemaakt
(bv. kopie en portokosten). PRASNE is op geen enkele manier te vergelijken met bv. Stichting Nederlandse Vrijwilligers (SNV), de Nederlandse Organisatie van Vrijwilligers Nederland (NOVN!) en de plaatselijke/regionale Vrijwilligers Centrales, die allen professioneel zijn ingericht met betaalde krachten. Maar ook zij hebben vrijwilligers, die op vrijwillige basis een aantal taken uitvoeren voor deze organisaties. De bestuurders van deze organisaties hebben andere verantwoordelijkheden en bevoegdheden dan de vrijwilligers, die middels een vrijwilligerovereenkomst tijdelijk afgebakende taken uitvoeren. In deze overeenkomst is de rechtpositie van de vrijwilliger vastgelegd. Terecht kan hier het onderscheid worden gemaakt tussen betaalde bestuurder(s)/bestuurslid(leden) en een onbetaalde vrijwilliger(s). In hoofdlijnen kan gesteld worden dat de bestuurders het beleid bepalen en de vrijwilligers deze uitvoeren. De organisatievorm van PRASNE is afgestemd op de realisatie van haar doelstellingen (Statuten) en vervolgens de werkzaamheden/activiteiten, die hieraan ten grondslag liggen.
  1. Bestuurders
    Voor de beleidssector zijn verantwoordelijk de voorzitter (beleid), de secretaris (beleid) en de deelnemers van de lidorganisaties van PRASNE.

    Taken:

    • Het zorg dragen voor het maken van een beleidsplan (voor vijf jaar)/jaarplan (voorzitter, secretaris en de leden)

    • Deelnemen aan de reguliere bestuursvergaderingen (proces bewaking) zonder stemrecht (voorzitter en secretaris)

    • Het voorbereiden en organiseren van de Algemene Leden Vergadering(en).

  2. Bestuurders (uitvoering)
    Voor de uitvoering van het door de beleidgroep vastgestelde beleid zijn verantwoordelijk de voorzitter, de secretaris, de penningmeester, vice -voorzitter, 2e secretaris, 2e penningmeester en leden van het bestuur.

    Taken:
    In algemene zin verschillen de taken van de bestuurders van PRASNE niet van andere stichtingen.

    Voorzitter:

    • Hij/zij draagt de hoogste verantwoordelijkheid binnen de organisatie, coördineert, stimuleert en delegeert
    • Hij/zij leidt het dagelijks bestuur – samen met de secretaris en de penningmeester – en uiteraard het voltallig bestuur

    • Hij /zij zit de vergaderingen voor, bewaakt de agenda en zorgt voor een rendement vol verloop van de vergaderingen

    • In de vergaderingen legt hij/zij verantwoording af aan de leden over de wijze waarop hij/zij – oftewel het bestuur – het beslotene heeft uitgevoerd en in algemene zin het beleid heeft gevoerd

    • Hij/zij representeert PRASNE al dan niet met andere leden van het dagelijks bestuur binnen en buiten Nederland

    • Hij neemt initiatieven voor het ontwikkelen van voorlichtings en PR materialen voor PRASNE en verder al hetgeen dat van belang is voor het goed functioneren van PRASNE. Hij is de spil van de organisatie.

    Secretaris:

    • Hij bereidt de te houden vergaderingen voor – plaats, tijd en agenda en bijbehorende stukken- in overleg met de voorzitter en indien nodig met de penningmeester

    • Hij zorgt voor de verzending van de vergaderstukken en maakt de notulen tijdens de vergaderingen

    • Hij is verantwoordelijk voor het jaarverslag van PRASNE als mede het uitschrijven van de jaarlijkse algemene leden vergaderingen(i.s.m. de bestuurders beleid)

    • Hij houdt een degelijk archief bij van PRASNE( agenda, notulen, jaarverslagen, presentielijsten, folders, brochures, registratie van leden en andere relevante stukken.

    Penningmeester:

    • Hij zorgt voor betalingen via de (ING)bank of contant van rekeningen van PRASNE

    • Hij zorgt voor de inning van de contributie van de lidorganisaties en donaties/giften. Hij houdt de inkomsten en uitgaven zodanig bij, dat de baten en lasten van PRASNE te overzien zijn

    • Bij elke vergadering maakt hij melding van de financiële stand van zaken aan de leden

    • Hij is verantwoordelijk voor het jaarlijkse financieel verslag en geeft de leden van de kascommissie toegang tot de financiële stukken voor het afgeven van een verklaring voor het gevoerde financieel beleid namens de leden van het bestuur van het voorgaande jaar.

    • Hij maakt ook een prognose/begroting aan het einde van het jaar voor het jaar daarop volgend

    Taken overige leden:
    In hun betreffende regio’s zijn zij verantwoordelijk voor:

    • Het onderhouden van contacten met de lidorganisaties voor draagvlak versterking van PRASNE

    • Het ontwikkelen van nieuwe netwerken voor de lidorganisaties en voor PRASNE

    • Tijdens de bestuursvergaderingen van PRASNE doen zij verslag van hun ervaringen in de betreffende regio’s

    • Zij nemen initiatieven en komen met voorstellen, die zij tijdens de vergaderingen kenbaar maken in het belang van PRASNE en/of de lidorganisaties.

    Voor deze taken heeft PRASNE geen schriftelijke overeenkomsten gesloten met de bestuurders. Deze taken zijn reguliere taken, die inherent zijn aan het functioneren van PRASNE. Deze bestuurders zijn (bestuurs)vrijwilligers en komen in aanmerking voor onkostenvergoeding voor hun werkzaamheden en uitvoering van activiteiten. Deze kosten kunnen per maand/kwartaal/ halfjaarlijks of jaarlijks worden gedeclareerd door de bestuur(s)vrijwilligers.

    Het kader van de onkostenvergoeding:

    • reiskosten, openbaar vervoer tweede klas of gangbare auto km vergoeding

    • telefoonkosten tot een maximum bedrag van € 15.- / maand

    • verblijfskosten, lunch maximaal € 10.- , diner maximaal € 25.-

    • kopie en materiaal kosten maximaal € 15/ maand

    • een uur vergoeding van € 4,50/uur voor personen van 23 jaar en ouder en jongeren tot 23 jaar € 2,50/uur.

    • Voor vertegenwoordiging van PRASNE bij congressen /lezingen e.d. in het binnen als buitenland worden separate afspraken gemaakt met de vrijwilliger(s) evenals voor kosten, die hier niet zijn genoemd.

    Het maximum bedrag dat door PRASNE vergoedt kan worden voor onkostenvergoeding voor verrichte werkzaamheden bedraagt € 1500, -/per jaar.

  3. Vrijwilligersovereenkomst

    Voor onderzoek, voorbereiding en/of uitvoering van ACTIVITEITEN kan PRASNE zich laten bijstaan door vrijwilligers, die zitting nemen in (te benoemen) commissies, raden of anderszins.Met deze vrijwilligers wordt een vrijwilligersovereenkomst gesloten. Deze overeenkomst kan voor projecten (korte/lange duur) of sec activiteiten gaan. Het kader van de onkostenvergoeding zal hierbij betrokken worden.Deze notitie is van kracht met terugwerkende kracht vanaf januari 2009.Aldus besloten op de algemene bestuursvergadering van 23 maart 2010 te Rotterdam.

Choose Your Language